Normaal ga ik op zondag wandelen maar ze voorspelden niet veel goeds voor die dag. Met Dendermonde en Aalst op het programma had ik toch liever droog weer. Dus besliste ik op het laatste moment om voor zaterdag te kiezen. Weer vroeg uit de veren voor de GR5A een stukje in te korten. Etappe elf, laatste etappe van deel drie, goed voor 20,5km. Ik parkeer de wagen aan het stadspark van Aalst, dus ik moet 4km extra stappen. Ik ben vroeg, niemand te zien op de parking, op enkele vroege joggers na. Ik bestel een taxi die me even later ophaalt en veilig afzet waar ik de vorige etappe eindigde.
Ik start aan de De-Bruynkaai in Dendermonde en laat de Schelde achter mij. Ik steek een drukke weg over en kom terecht in het centrum van Dendermonde, aan de Grote Markt te zien was dit vroeger toch een bruisende stad. Dit kon ik zien aan de enorme gebouwen opgetrokken in Gotiek en Scheldegotiek. Nu stelde het niet veel voor maar de binnenhaven van de Dender moet een enorme drukte teweeg gebracht hebben toen er nog geen vrachtverkeer over land bestond. Ik volg de Dender die zich een weg zoekt door de stad. Zo kom ik door het stadspark met zijn prachtige vijvers.
“Dendermonde was een belangrijk handelscentrum op een kruispunt van handelswegen. Voornamelijk op de Dender waaraan de stad haar naam te danken heeft. De Dender die je nu door de stad ziet kronkelen is afgedamd maar was de oorspronkelijke Dender. Nu is de Dender enkele kilometers verder omgeleid. De belangrijkste gebouwen staan rond de Grote Markt, zo heb je de Lakenhalle met belfort en het stadhuis dat dateert uit de 14de eeuw.”
Iets verder in Denderbelle kom ik een GR-boom tegen en vanaf nu loopt het grootste deel van de etappe samen met de GR128. Net voorbij Denderbelle ligt de sluis/stuw van Denderbelle en hier moet ik de Dender oversteken. De brug is niet mijn ding, een brug met doorzichtige roosters. Je kan zo het kolkende water onder je voeten zien en dit geeft me een ijzige rilling over mijn rug. Ik maak dan ook dat ik snel aan de overkant ben.
“In september 1914 wordt er zware strijd geleverd in Dendermonde en omstreken. Het Duitse leger gaat brutaal tekeer en vooral de bevolking krijgt hierdoor zware klappen. Groot is dan ook de verbazing als de inwoners zien hoe de Duitsers een openluchtmisviering houden in de Denderbellense weilanden. Ondanks alle ellende blijven de inwoners zich inzetten om vluchtelingen op te vangen. Zo wordt een gezin uit Ledegem (West-Vlaanderen) opgevangen door een familie in Denderbelle. Uit dankbaarheid zal het gezin hun café in Ledegem dopen naar ‘Denderbelle’.”
Zo ga ik verder richting Mespelare en Gijzegem over het algemeen verharde paden en het jaagpad. Tot ik aan een vernieuwd natuurgebiedje kom dat terug opengesteld is voor wandelaars. Echter moest ik de oude route volgen omdat ze aan het jagen waren vandaag. Daar gaat de modder onder de schoenen aan mijn neus voorbij. Ik wandel over de Wiezebrug waar ik even een pauze neem en geniet van het uitzicht. Ik neem de trappen naar beneden naar een onverhard jaagpad. Het GELUK lacht me toe aan het einde van deze streep modder want daar hangt een pijl van Groot Geluk. Doelend zijn op dat onverharde stukje natuur.
“De kerk van Mespelare is een Romaanse kerk en het best bewaarde bedevaartsoord van de streek. Ze is volledig opgebouwd in natuursteen. In de toren bevindt zich een beiaard met 21 klokken. De kerk dateert uit de 12de eeuw en werd reeds bij haar stichting toegewijd aan de heilige Aldegondis. Voor de kerk staat er nog een schandpaal. Deze heerlijkheidspaal, een materiële getuige van de middeleeuwse rechtspraak, werd opgericht in de tweede helft van de 18de eeuw door de Antwerpse familie Goubau, heren van Mespelare en Gijzegem.”
Net voor ik Aalst ga binnen stappen verlaat de GR128 de GR5A maar de GR-boom ontbrak door werken. Als in Aalst binnenkom word ik er meteen aan herinnerd dat ik een mondmasker moet dragen in het centrum. Dik tegen mijn goesting zet ik deze dan ook op. Wat me ook opvalt is de armoede in Aalst want ik passeer een nachtopvang waar daklozen nu al een bed aan het reserveren waren. Ook in het straatbeeld is armoede nabij, op muurtjes zie ik alcoholverslaafden lege blikjes bier in de struiken te gooien en hier greep ik dan ook in. De mensen waren dan ook zo vriendelijk de blikjes 5m verder in de vuilbak te werpen.
Voorbij het station wordt het verwarrend, ik moet er de app OsmAnd+ bijnemen om het juiste pad te volgen. De afpijling vind ik in het stadscentrum behoorlijk ondermaats aangebracht. Ik kom voorbij de Grote Markt en is dan ook het mooiste wat Aalst naar mijn mening te bieden heeft. Tot slot wandel ik door het stadspark en eindig ik terug aan mijn wagen.
Komentarze